Pagina's

vrijdag 1 maart 2019

Een tweeling laten doorslapen: mijn tips

Een babytweeling hebben is prachtig, maar ook uitputtend. Ik wil het niet vergelijken met het hebben van één kind, omdat ik daar geen ervaring mee heb. Maar ik kan me wel voorstellen dat het zwaarder is, omdat je alles twee keer moet doen. Zeker de nachten zijn daardoor zwaar. En iedere moeder kan beamen dat weinig slaap je absoluut geen leuker mens maakt, integendeel. Voor ons was het daarom een belangrijk doel om onze tweeling te helpen zo snel mogelijk door te slapen. En dat deden ze, vanaf 3,5 maanden oud (gecorrigeerd 2 maanden). Hieronder lees je mijn tips over hoe wij hen daarbij geholpen hebben.

Laat ik dit voorop stellen: over het slaaptrainen van je baby('s) zijn de meningen zeer verdeeld. Ik moedig je vooral aan te doen wat voor jou goed voelt en wat past bij jouw principes. Ik vertel alleen mijn verhaal en deel mijn tips voor degenen die hier behoefte aan hebben.

Tip 1: Voed overdags én 's nachts vaste hoeveelheden op (enigszins) vaste tijden.

Omdat onze kindjes na geboorte nog 2,5 week in het ziekenhuis gelegen hebben en daar op vaste tijden werden gevoed, kregen wij ze al met een vast ritme mee naar huis: ze kwamen om de 3 uur voor een voeding en kregen twee nachtvoedingen. Ik heb nooit op verzoek gevoed, omdat ik te weinig moedermelk had en mijn kindjes zo klein waren dat ze de eerste week nog niet zelfstandig konden drinken.

Toen wij thuis kwamen, hielden we het ziekenhuisritme aan en pasten dit steeds ietsje aan aan de ontwikkeling van onze kindjes. Ook 's nachts voedden wij op enigszins vaste tijden (een half uur eerder kwam weleens voor). Als onze kindjes op andere tijden wakker werden, probeerden we ze op een andere manier te sussen, bijvoorbeeld door ze even bij ons in bed te nemen, te knuffelen, een speentje te geven etc. Vaak hielp dat ook en soms niet, dan gaven we de voeding gewoon eenmalig een keer eerder.

Wanneer je op vaste tijden voedt, kun je naarmate je kleintjes groeien, op gegeven moment de tijd waarop ze voor de voeding komen gaan beïnvloeden. Dan kun je over naar tip 2 hieronder:

Tip 2: Bouw de nachtvoeding langzaam af door te spelen met hoeveelheden

Naarmate onze kids groeiden, kwamen ze steeds later voor hun twee nachtvoedingen. We bleven de eerste nachtvoeding volledig geven, maar de tweede bouwden we beetje bij beetje af, afhankelijk van het tijdstip waarop ze kwamen. Zo probeerden we hen er zowel fysiek als mentaal aan te laten wennen dat ze 's nachts minder voeding kregen en overdag meer.

Kwamen de kids op het oorspronkelijke tijdstip voor de voeding, dan kregen ze de hele fles (want: meer tijd te overbruggen tot de volgende fles). Maar kwamen ze later, dan kregen ze ieder uur dat ze later kwamen een kleinere hoeveelheid. Toen er op een gegeven moment nog maar een uur tussen de laatste nachtvoeding en de eerste ochtendvoeding zat, lieten we deze vervallen. En dat ging met vallen en opstaan. Want een baby is ook een mensje en zijn ontwikkeling gaat op en neer. Soms hadden ze die extra voeding toch weer even nodig.

Nadat deze laatste nachtvoeding volledig vervallen was, deden we hetzelfde met de andere nachtvoeding. Naarmate de kindjes groeiden, kwamen ze steeds later voor deze voeding, en wij stimuleerden dit door de voeding kleiner te maken naarmate ze later kwamen.

Tip 3: Laat je kids een nachtje ergens logeren.

Ja, alweer zo'n tip waarover verschillende meningen bestaan. Maar voor ons was het echt een redding in meerdere opzichten.

Onze kids sliepen voor het eerst de hele nacht door toen zij logeerden bij mijn schoonouders. Mijn dochtertje begon 's ochtends te jammeren voor een voeding en terwijl mijn schoonmoeder de fles stond te bereiden, viel ze alweer in slaap. Ze heeft het toen maar gelaten. En daarna hebben we deze fles nooit meer hoeven geven.

Als tweelingouders sta je zelf zo onder druk en het kan niet anders dan dat je kindjes dit ook voelen. Het verbaasde me dan ook helemaal niets dat ze voor het eerst doorsliepen in een andere, meer relaxte omgeving (sterker nog: ik had dit voorspeld). Dat is misschien wrang, maar het is zo.

Bovendien konden wij zelf even op adem komen, bijslapen en aandacht aan onszelf en elkaar besteden. En dat deed ons zo ontzettend goed! Ik kan het iedere ouder aanraden, echt. Wij kwamen dus (enigszins) uitgeslapen thuis van een weekendje weg en onze kids sliepen ook nog door! Win-win!

Tip 4: Troost je kind 's nachts, maar niet (meer) met voeding.

Doorslapen betekende bij ons niet dat we sliepen van 23:00 - 7:00 uur. Ook nadat de voedingen vervielen, moesten we er 's nachts nog regelmatig uit (een keer of 3). Want onze kindjes werden soms wakker en hadden dan even onze aandacht nodig. Zeker Sven, die moeite heeft met inslapen zonder speentje.

Als onze kindjes 's nachts huilen of roepen, gaan we naar ze toe, maar geven we geen voeding meer. We troosten ze door een speentje te geven (bij Sven is dit vaak al genoeg), even een aai over de bol en wat lieve woordjes, of door ze tussen ons in te leggen als ze echt niet meer kunnen slapen en het al bijna ochtend is. Soms pakken we ze uit bed om te knuffelen als ze echt huilen, maar doel is dan wel dat ze terug gaan naar hun bedje als ze weer rustig zijn. Op die manier willen we ze leren dat hun bedje hun veilige plekje is om te slapen.

Anyhow: troosten met een voeding doen we dus niet meer. Daardoor slapen onze kindjes (en wijzelf) sneller weer in 's nachts.

Tip 5: Wees geduldig en vergelijk jouw kindje(s) niet met die van een ander of met elkaar.

Laurie is een betere slaper dan Sven. Zij slaapt sneller en dieper, waardoor ze ook 's nachts meestal de hele nacht stil is, vanaf de eerste nacht dat ze doorsliep al. Sven daarentegen slaapt veel lichter en wordt vaak nog wakker 's nachts. En geloof me, dat irriteerde me in het begin mateloos. Als Laurie dit kon, waarom kon Sven dit dan niet? En waarom hoor ik van vriendinnen dat hun kindjes zo lekker slapen en is die van mij weer zo vaak wakker 's nachts?

Om gék van te worden. En heel oneerlijk, want geen kind is hetzelfde, ook een tweeling niet. Op een gegeven moment besefte ik me dat. Ieder kindje is anders en heeft andere behoeften. Als je jouw kindjes met elkaar vergelijkt of met de kindjes van een ander, word je daar alleen maar ontevreden en chagrijnig van. That ain't helping.

Wees geduldig. Het ene kindje slaapt sneller en gemakkelijker door dan het andere kindje. Maar uiteindelijk gaan ze het allemaal doen, echt!


Wat is jouw mening over wel/niet slaaptrainen van je baby? En als je je kindje hebt geholpen bij het doorslapen: wat zijn jouw tips?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Dank je wel voor je reactie! Liefs, Cécile